An asymptomatic three-year-old male European Domestic Shorthair cat was referred for an irregular heart auscultation. Apart from localized concentric left ventricular septal hypertrophy, echocardiography was normal. However, ventricular ectopy was observed on electrocardiography (ECG) during echocardiography. The cat died suddenly 55 minutes after the start of the subsequent Holter ECG. Analysis showed sinus rhythm interrupted by 192 single ventricular premature complexes, a ventricular couplet, two incidents of ventricular bigeminy and two runs of ventricular tachycardia (VT). The last run of VT deteriorated into ventricular fibrillation (VF) and ultimately cardiac arrest. Structural heart disease including mild feline hypertrophic cardiomyopathy or myocarditis, primary arrhythmia (channelopathy) or extra-cardiac disease were maintained as differential diagnosis. Unfortunately, a necropsy was declined leaving no definitive diagnosis available. In this case report, it is shown that VF due to ventricular ectopy is a possible cause of SCD even in asymptomatic cats with only mild echocardiographic signs of structural heart disease.
{"title":"Electrocardiography-documented sudden cardiac death due to ventricular fibrillation in a young cat without echocardiographic evidence of severe structural heart disease","authors":"A. Hellemans, M. Skotarek, G. Mampaey, P. Smets","doi":"10.21825/vdt.89126","DOIUrl":"https://doi.org/10.21825/vdt.89126","url":null,"abstract":"An asymptomatic three-year-old male European Domestic Shorthair cat was referred for an irregular heart auscultation. Apart from localized concentric left ventricular septal hypertrophy, echocardiography was normal. However, ventricular ectopy was observed on electrocardiography (ECG) during echocardiography. The cat died suddenly 55 minutes after the start of the subsequent Holter ECG. Analysis showed sinus rhythm interrupted by 192 single ventricular premature complexes, a ventricular couplet, two incidents of ventricular bigeminy and two runs of ventricular tachycardia (VT). The last run of VT deteriorated into ventricular fibrillation (VF) and ultimately cardiac arrest. Structural heart disease including mild feline hypertrophic cardiomyopathy or myocarditis, primary arrhythmia (channelopathy) or extra-cardiac disease were maintained as differential diagnosis. Unfortunately, a necropsy was declined leaving no definitive diagnosis available. In this case report, it is shown that VF due to ventricular ectopy is a possible cause of SCD even in asymptomatic cats with only mild echocardiographic signs of structural heart disease.","PeriodicalId":23487,"journal":{"name":"Vlaams Diergeneeskundig Tijdschrift","volume":"30 1","pages":""},"PeriodicalIF":0.2,"publicationDate":"2023-08-28","publicationTypes":"Journal Article","fieldsOfStudy":null,"isOpenAccess":false,"openAccessPdf":"","citationCount":null,"resultStr":null,"platform":"Semanticscholar","paperid":"90686746","PeriodicalName":null,"FirstCategoryId":null,"ListUrlMain":null,"RegionNum":4,"RegionCategory":"农林科学","ArticlePicture":[],"TitleCN":null,"AbstractTextCN":null,"PMCID":"","EPubDate":null,"PubModel":null,"JCR":null,"JCRName":null,"Score":null,"Total":0}
C. Bosdriesz, N. Devriendt, H. de Rooster, M. Dekkers, D. Paepe, E. Stock
Microhepathie is een frequent voorkomende bevinding bij honden met een congenitale extrahepatische portosystemische shunt (EHPSS). Chirurgische behandeling leidt bij het overgrote deel van de honden tot volledige sluiting van de EHPSS, terwijl bij een minderheid persisterende portosystemische shunting aanwezig blijft. In deze retrospectieve studie werd nagegaan of de levergrootte op abdominale radiografieën zes maanden postoperatief is toegenomen ten opzichte van de grootte van de lever preoperatief, en of de toename groter is bij honden met een gesloten EHPSS dan bij honden met persisterende portosystemische shunting. Er was bij twee derde van alle honden een toename in levergrootte aanwezig zes maanden postoperatief, alhoewel deze toename niet statistisch significant was (p = 0,148). Er was ook geen significant verschil in toename van de levergrootte postoperatief tussen honden met een gesloten EHPSS en met persisterende shunting (p = 0,649). In deze studie werd er op basis van abdominale radiografieën geen duidelijke toename van de levergrootte waargenomen, en er kon geen informatie over het al dan niet volledig sluiten van de EHPSS verkregen worden.
{"title":"Radiografische evaluatie van de levergrootte bij honden na chirurgische behandeling van een extrahepatische portosystemische shunt","authors":"C. Bosdriesz, N. Devriendt, H. de Rooster, M. Dekkers, D. Paepe, E. Stock","doi":"10.21825/vdt.89124","DOIUrl":"https://doi.org/10.21825/vdt.89124","url":null,"abstract":"Microhepathie is een frequent voorkomende bevinding bij honden met een congenitale extrahepatische portosystemische shunt (EHPSS). Chirurgische behandeling leidt bij het overgrote deel van de honden tot volledige sluiting van de EHPSS, terwijl bij een minderheid persisterende portosystemische shunting aanwezig blijft. In deze retrospectieve studie werd nagegaan of de levergrootte op abdominale radiografieën zes maanden postoperatief is toegenomen ten opzichte van de grootte van de lever preoperatief, en of de toename groter is bij honden met een gesloten EHPSS dan bij honden met persisterende portosystemische shunting. Er was bij twee derde van alle honden een toename in levergrootte aanwezig zes maanden postoperatief, alhoewel deze toename niet statistisch significant was (p = 0,148). Er was ook geen significant verschil in toename van de levergrootte postoperatief tussen honden met een gesloten EHPSS en met persisterende shunting (p = 0,649). In deze studie werd er op basis van abdominale radiografieën geen duidelijke toename van de levergrootte waargenomen, en er kon geen informatie over het al dan niet volledig sluiten van de EHPSS verkregen worden.","PeriodicalId":23487,"journal":{"name":"Vlaams Diergeneeskundig Tijdschrift","volume":"2 1","pages":""},"PeriodicalIF":0.2,"publicationDate":"2023-08-28","publicationTypes":"Journal Article","fieldsOfStudy":null,"isOpenAccess":false,"openAccessPdf":"","citationCount":null,"resultStr":null,"platform":"Semanticscholar","paperid":"82117465","PeriodicalName":null,"FirstCategoryId":null,"ListUrlMain":null,"RegionNum":4,"RegionCategory":"农林科学","ArticlePicture":[],"TitleCN":null,"AbstractTextCN":null,"PMCID":"","EPubDate":null,"PubModel":null,"JCR":null,"JCRName":null,"Score":null,"Total":0}
P. Simoens, R. Baetslé, H. De Bruyker, K. Meulebrouck, H. Vansteenbrugge
In een populatie damherten die in Oost-Vlaanderen in de vrije wildbaan leeft en sinds vier jaar opgevolgd wordt, werden valgusdeformaties van de voorbenen aangetroffen bij tien mannelijke herten. De geschatte leeftijd van de betrokken dieren varieerde van minder dan een jaar tot meer dan drie jaar oud. In zeven van de tien gevallen waren laterale deviaties aanwezig op beide voorbenen. Omdat erfelijke factoren aan de basis kunnen liggen van deze afwijkingen, betekent hun voorkomen een mogelijke bedreiging voor een gezonde verdere ontwikkeling van de populatie. Daarom worden deze gevallen hier gerapporteerd en wordt in de discussie ingegaan op hun mogelijke impact op het dierenwelzijn en op beheersmaatregelen die aanbevolen worden om eventuele uitbreiding van die problematiek te voorkomen.
{"title":"Tien gevallen van carpale valgusdeviatie in een populatie damherten in de vrije wildbaan","authors":"P. Simoens, R. Baetslé, H. De Bruyker, K. Meulebrouck, H. Vansteenbrugge","doi":"10.21825/vdt.87486","DOIUrl":"https://doi.org/10.21825/vdt.87486","url":null,"abstract":"In een populatie damherten die in Oost-Vlaanderen in de vrije wildbaan leeft en sinds vier jaar opgevolgd wordt, werden valgusdeformaties van de voorbenen aangetroffen bij tien mannelijke herten. De geschatte leeftijd van de betrokken dieren varieerde van minder dan een jaar tot meer dan drie jaar oud. In zeven van de tien gevallen waren laterale deviaties aanwezig op beide voorbenen. Omdat erfelijke factoren aan de basis kunnen liggen van deze afwijkingen, betekent hun voorkomen een mogelijke bedreiging voor een gezonde verdere ontwikkeling van de populatie. Daarom worden deze gevallen hier gerapporteerd en wordt in de discussie ingegaan op hun mogelijke impact op het dierenwelzijn en op beheersmaatregelen die aanbevolen worden om eventuele uitbreiding van die problematiek te voorkomen.","PeriodicalId":23487,"journal":{"name":"Vlaams Diergeneeskundig Tijdschrift","volume":"61 1","pages":""},"PeriodicalIF":0.2,"publicationDate":"2023-06-27","publicationTypes":"Journal Article","fieldsOfStudy":null,"isOpenAccess":false,"openAccessPdf":"","citationCount":null,"resultStr":null,"platform":"Semanticscholar","paperid":"83983632","PeriodicalName":null,"FirstCategoryId":null,"ListUrlMain":null,"RegionNum":4,"RegionCategory":"农林科学","ArticlePicture":[],"TitleCN":null,"AbstractTextCN":null,"PMCID":"","EPubDate":null,"PubModel":null,"JCR":null,"JCRName":null,"Score":null,"Total":0}
Antimicrobial prophylaxis aims at decreasing the risk of surgical site infections (SSI) by administration of antimicrobial drugs prior to surgery in animals at risk. Multiple risk factors for the development of SSIs have been determined in companion animals, and based on these risk factors, a flow diagram is proposed to identify dogs and cats that would benefit from antimicrobial prophylaxis. Furthermore, the most identified bacteria in healthy companion animals are listed per organ system with their recommended prophylactic antimicrobial drug(s). Besides administration of the optimal drug type, the route of administration, dose, dose interval, and duration of antimicrobial prophylaxis are important to help reduce the emergence of (multidrug-) resistant bacteria.
{"title":"Antimicrobial prophylaxis in canine and feline surgery","authors":"N. Devriendt, F. Mortier, H. de Rooster","doi":"10.21825/vdt.87487","DOIUrl":"https://doi.org/10.21825/vdt.87487","url":null,"abstract":"Antimicrobial prophylaxis aims at decreasing the risk of surgical site infections (SSI) by administration of antimicrobial drugs prior to surgery in animals at risk. Multiple risk factors for the development of SSIs have been determined in companion animals, and based on these risk factors, a flow diagram is proposed to identify dogs and cats that would benefit from antimicrobial prophylaxis. Furthermore, the most identified bacteria in healthy companion animals are listed per organ system with their recommended prophylactic antimicrobial drug(s). Besides administration of the optimal drug type, the route of administration, dose, dose interval, and duration of antimicrobial prophylaxis are important to help reduce the emergence of (multidrug-) resistant bacteria.","PeriodicalId":23487,"journal":{"name":"Vlaams Diergeneeskundig Tijdschrift","volume":"41 4 1","pages":""},"PeriodicalIF":0.2,"publicationDate":"2023-06-27","publicationTypes":"Journal Article","fieldsOfStudy":null,"isOpenAccess":false,"openAccessPdf":"","citationCount":null,"resultStr":null,"platform":"Semanticscholar","paperid":"88118232","PeriodicalName":null,"FirstCategoryId":null,"ListUrlMain":null,"RegionNum":4,"RegionCategory":"农林科学","ArticlePicture":[],"TitleCN":null,"AbstractTextCN":null,"PMCID":"","EPubDate":null,"PubModel":null,"JCR":null,"JCRName":null,"Score":null,"Total":0}
Een ruptuur van de craniale kruisband en heupdysplasie (HD) zijn de meest voorkomende aandoeningen van de achterhand bij de hond en toch is er in de literatuur weinig te vinden over het gecombineerde optreden van beide aandoeningen. Het doel van deze studie was om meer informatie te verkrijgen over de invloed van HD op het al dan niet ontwikkelen van een ruptuur van de craniale kruisband. Tussen 2016 en 2020 werden op de dienst Orthopedie van de Faculteit Diergeneeskunde (UGent) te Merelbeke 465 honden aangeboden met een ruptuur van de craniale kruisband (12,36%). Hiervan vertoonde 17% concomitante HD. Bij de honden met HD trad de ruptuur van de craniale kruisband in de eerste knie gemiddeld op jongere leeftijd op dan bij honden met gezonde heupen. Daarnaast ontwikkelde zich vaker een bilaterale ruptuur van de craniale kruisband bij de honden met HD en liepen ze bij unilaterale heupklachten een groter risico op de ontwikkeling van een ruptuur aan de contralaterale knie. De resultaten benadrukken het belang om honden met HD mankvrij te houden, om zo een overbelasting van de knieën te voorkomen.
{"title":"Concomitant voorkomen van heupdysplasie en een ruptuur van de craniale kruisband bij de hond","authors":"J. Hirth, E. Bogaerts, C. Brondeel, Y. Samoy","doi":"10.21825/vdt.87483","DOIUrl":"https://doi.org/10.21825/vdt.87483","url":null,"abstract":"Een ruptuur van de craniale kruisband en heupdysplasie (HD) zijn de meest voorkomende aandoeningen van de achterhand bij de hond en toch is er in de literatuur weinig te vinden over het gecombineerde optreden van beide aandoeningen. Het doel van deze studie was om meer informatie te verkrijgen over de invloed van HD op het al dan niet ontwikkelen van een ruptuur van de craniale kruisband. Tussen 2016 en 2020 werden op de dienst Orthopedie van de Faculteit Diergeneeskunde (UGent) te Merelbeke 465 honden aangeboden met een ruptuur van de craniale kruisband (12,36%). Hiervan vertoonde 17% concomitante HD. Bij de honden met HD trad de ruptuur van de craniale kruisband in de eerste knie gemiddeld op jongere leeftijd op dan bij honden met gezonde heupen. Daarnaast ontwikkelde zich vaker een bilaterale ruptuur van de craniale kruisband bij de honden met HD en liepen ze bij unilaterale heupklachten een groter risico op de ontwikkeling van een ruptuur aan de contralaterale knie. De resultaten benadrukken het belang om honden met HD mankvrij te houden, om zo een overbelasting van de knieën te voorkomen.","PeriodicalId":23487,"journal":{"name":"Vlaams Diergeneeskundig Tijdschrift","volume":"14 1","pages":""},"PeriodicalIF":0.2,"publicationDate":"2023-06-27","publicationTypes":"Journal Article","fieldsOfStudy":null,"isOpenAccess":false,"openAccessPdf":"","citationCount":null,"resultStr":null,"platform":"Semanticscholar","paperid":"89104842","PeriodicalName":null,"FirstCategoryId":null,"ListUrlMain":null,"RegionNum":4,"RegionCategory":"农林科学","ArticlePicture":[],"TitleCN":null,"AbstractTextCN":null,"PMCID":"","EPubDate":null,"PubModel":null,"JCR":null,"JCRName":null,"Score":null,"Total":0}
Gebruik van elektrische prikkelaar bij volwassen runderen en varkens
在成年牛和猪身上使用电刺激剂
{"title":"Vraag & Antwoord","authors":"D. Maes, G. Opsomer, K. Houf","doi":"10.21825/vdt.87489","DOIUrl":"https://doi.org/10.21825/vdt.87489","url":null,"abstract":"Gebruik van elektrische prikkelaar bij volwassen runderen en varkens","PeriodicalId":23487,"journal":{"name":"Vlaams Diergeneeskundig Tijdschrift","volume":"65 1","pages":"0"},"PeriodicalIF":0.0,"publicationDate":"2023-06-27","publicationTypes":"Journal Article","fieldsOfStudy":null,"isOpenAccess":false,"openAccessPdf":"","citationCount":null,"resultStr":null,"platform":"Semanticscholar","paperid":"135454357","PeriodicalName":null,"FirstCategoryId":null,"ListUrlMain":null,"RegionNum":4,"RegionCategory":"农林科学","ArticlePicture":[],"TitleCN":null,"AbstractTextCN":null,"PMCID":"","EPubDate":null,"PubModel":null,"JCR":null,"JCRName":null,"Score":null,"Total":0}
H. De Bosschere, A.-S. Platteeuw, V. Vander Stichele
A five-year-old, intact, female, brown Labrador retriever was presented for loss of hair color (achromotrichia). Clinical and blood examinations revealed no significant abnormalities, except for a considerably reduced serum copper measurement. This has been described in dogs and cattle as achromotrichiosis due to hypocupremia. Interference of intestinal copper absorption due to an increased lead concentration in the drinking water was assumed to be the cause. The dog’s haircoat became brown again after serving tap water as drinking water and adding a copper supplement.
{"title":"Achromotrichia due to hypocupremia in a dog","authors":"H. De Bosschere, A.-S. Platteeuw, V. Vander Stichele","doi":"10.21825/vdt.87485","DOIUrl":"https://doi.org/10.21825/vdt.87485","url":null,"abstract":"A five-year-old, intact, female, brown Labrador retriever was presented for loss of hair color (achromotrichia). Clinical and blood examinations revealed no significant abnormalities, except for a considerably reduced serum copper measurement. This has been described in dogs and cattle as achromotrichiosis due to hypocupremia. Interference of intestinal copper absorption due to an increased lead concentration in the drinking water was assumed to be the cause. The dog’s haircoat became brown again after serving tap water as drinking water and adding a copper supplement.","PeriodicalId":23487,"journal":{"name":"Vlaams Diergeneeskundig Tijdschrift","volume":"64 1","pages":""},"PeriodicalIF":0.2,"publicationDate":"2023-06-27","publicationTypes":"Journal Article","fieldsOfStudy":null,"isOpenAccess":false,"openAccessPdf":"","citationCount":null,"resultStr":null,"platform":"Semanticscholar","paperid":"89363137","PeriodicalName":null,"FirstCategoryId":null,"ListUrlMain":null,"RegionNum":4,"RegionCategory":"农林科学","ArticlePicture":[],"TitleCN":null,"AbstractTextCN":null,"PMCID":"","EPubDate":null,"PubModel":null,"JCR":null,"JCRName":null,"Score":null,"Total":0}
C. De Voogt, G. Mampaey, G. Schils, P. Smets, L. Stammeleer
A three-year-old, male, intact Jack Russel terrier was referred for severe regenerative anemia and was diagnosed with non-associated immune-mediated hemolytic anemia. Treatment was implemented according to the ACVIM guidelines (Swann et al., 2019). As no response was seen eleven days later despite two immunosuppressive drugs, intravenous immunoglobulins (IVIG, 1 g/kg) were administered. Three days later, septic shock and diffuse intravascular coagulation (DIC) developed. Echocardiography revealed pericardial effusion with cardiac tamponade and thrombus in the right atrium. Fluid analysis confirmed septic pericarditis. A pericardial drain was placed following immediate reoccurrence of the pericardial effusion. Despite a stable hematocrit for several days following IVIG administration, a decrease in hematocrit was subsequently noted and splenectomy was performed. In total, six blood transfusions were given. Two years after presentation and intensive follow-up, immunosuppressive therapy was tapered, and the dog had excellent quality of life.
一只三岁的雄性完整杰克罗素梗犬因严重再生性贫血被转诊，并被诊断为非相关免疫介导的溶血性贫血。按照ACVIM指南进行治疗(Swann et al.， 2019)。尽管使用两种免疫抑制药物，11天后仍未见应答，因此静脉注射免疫球蛋白(IVIG, 1 g/kg)。3天后，感染性休克和弥漫性血管内凝血(DIC)发生。超声心动图显示心包积液伴心包填塞及右心房血栓。液体分析证实感染性心包炎在再次出现心包积液后立即进行心包引流。尽管IVIG给药后数天红细胞压积稳定，但随后发现红细胞压积下降，并进行脾切除术。总共输了6次血。两年后提出和强化随访，免疫抑制治疗逐渐减少，狗有很好的生活质量。
{"title":"Septic pericarditis in a complicated case of non-associated immune-mediated hemolytic anemia in a Jack Russel terrier","authors":"C. De Voogt, G. Mampaey, G. Schils, P. Smets, L. Stammeleer","doi":"10.21825/vdt.87484","DOIUrl":"https://doi.org/10.21825/vdt.87484","url":null,"abstract":"A three-year-old, male, intact Jack Russel terrier was referred for severe regenerative anemia and was diagnosed with non-associated immune-mediated hemolytic anemia. Treatment was implemented according to the ACVIM guidelines (Swann et al., 2019). As no response was seen eleven days later despite two immunosuppressive drugs, intravenous immunoglobulins (IVIG, 1 g/kg) were administered. Three days later, septic shock and diffuse intravascular coagulation (DIC) developed. Echocardiography revealed pericardial effusion with cardiac tamponade and thrombus in the right atrium. Fluid analysis confirmed septic pericarditis. A pericardial drain was placed following immediate reoccurrence of the pericardial effusion. Despite a stable hematocrit for several days following IVIG administration, a decrease in hematocrit was subsequently noted and splenectomy was performed. In total, six blood transfusions were given. Two years after presentation and intensive follow-up, immunosuppressive therapy was tapered, and the dog had excellent quality of life.","PeriodicalId":23487,"journal":{"name":"Vlaams Diergeneeskundig Tijdschrift","volume":"24 1","pages":""},"PeriodicalIF":0.2,"publicationDate":"2023-06-27","publicationTypes":"Journal Article","fieldsOfStudy":null,"isOpenAccess":false,"openAccessPdf":"","citationCount":null,"resultStr":null,"platform":"Semanticscholar","paperid":"78216790","PeriodicalName":null,"FirstCategoryId":null,"ListUrlMain":null,"RegionNum":4,"RegionCategory":"农林科学","ArticlePicture":[],"TitleCN":null,"AbstractTextCN":null,"PMCID":"","EPubDate":null,"PubModel":null,"JCR":null,"JCRName":null,"Score":null,"Total":0}
Nadat Robert Koch in 1882 stevige bewijzen geleverd had voor de associatie van Mycobacterium tuberculosis met de gevreesde endemische tuberculose (tering, TBC) bij mensen, volgden al snel beschrijvingen van analoge infecties bij allerhande diersoorten. Van meet af aan was het duidelijk dat vooral runderen endemisch geïnfecteerd waren met pathogene mycobacteriën. Koch stelde in zijn eerste beschrijving zelfs dat de verwekker van de typische runder-TBC identisch was aan deze van de meest verspreide mensen-TBC: de longtering. Maar later toonde hij zelf aan dat deze stelling onjuist was: kalveren bleken ongevoelig voor M. tuberculosis, de verwekker van humane TBC. Het door Koch zelf geschapen misverstand bleef echter hardnekkig voortbestaan doordat twee erg gelijkende soorten Mycobacterium tuberculose verwekken bij mensen. Naast de aërogeen van mens tot mens overgedragen M. tuberculosis, verwekker van de typische longtuberculose, bleek immers ook Mycobacterium bovis een rol te spelen. Deze destijds bij runderen zeer algemene oorzaak van tuberculose kan vlot verschillende andere diersoorten infecteren, waaronder de mens. Alles samen genomen werd tot halverwege vorige eeuw besmet rundvee verantwoordelijk bevonden voor circa tien procent van de humane gevallen, wat toch een aanzienlijk aantal slachtoffers vertegenwoordigt. Een grootscheepse en langdurige campagne werd opgezet om runderen te identificeren en verplicht jaarlijks te laten controleren met de zeer betrouwbare tuberculinetest, gebaseerd op een allergische reactie. Tegen vergoeding werden positief bevonden dieren geëlimineerd. Behalve tijdens en kort na WO II namen de percentages positieven gestadig af, zodat bij de Belgische rundveestapel eind jaren zeventig van de vorige eeuw nagenoeg geen TBC meer vastgesteld werd. Sinds 2003 is het land officieel boviene tuberculose-vrij, wat niet belet dat er af toe nog een geval kan voorkomen. Aan het einde van dit artikel wordt kort beschreven hoe de aanpak van rundertuberculose aan de basis lag van de hele latere georganiseerde dierziektebestrijding. Achteraf gezien was het enigszins paradoxaal dat deze ziekte, verantwoordelijk voor slechts een minderheid van de humane infecties, vooral uitgeroeid werd uit vrees voor verspreiding van de ziekte bij mensen.
{"title":"Onduidelijkheid over de rol van melkvee in de verspreiding van tuberculose bij mensen bevorderde uitroeiing ervan onder runderen","authors":"L. Devriese, J. De Smet","doi":"10.21825/vdt.87488","DOIUrl":"https://doi.org/10.21825/vdt.87488","url":null,"abstract":"Nadat Robert Koch in 1882 stevige bewijzen geleverd had voor de associatie van Mycobacterium tuberculosis met de gevreesde endemische tuberculose (tering, TBC) bij mensen, volgden al snel beschrijvingen van analoge infecties bij allerhande diersoorten. Van meet af aan was het duidelijk dat vooral runderen endemisch geïnfecteerd waren met pathogene mycobacteriën. Koch stelde in zijn eerste beschrijving zelfs dat de verwekker van de typische runder-TBC identisch was aan deze van de meest verspreide mensen-TBC: de longtering. Maar later toonde hij zelf aan dat deze stelling onjuist was: kalveren bleken ongevoelig voor M. tuberculosis, de verwekker van humane TBC. Het door Koch zelf geschapen misverstand bleef echter hardnekkig voortbestaan doordat twee erg gelijkende soorten Mycobacterium tuberculose verwekken bij mensen. Naast de aërogeen van mens tot mens overgedragen M. tuberculosis, verwekker van de typische longtuberculose, bleek immers ook Mycobacterium bovis een rol te spelen. Deze destijds bij runderen zeer algemene oorzaak van tuberculose kan vlot verschillende andere diersoorten infecteren, waaronder de mens. Alles samen genomen werd tot halverwege vorige eeuw besmet rundvee verantwoordelijk bevonden voor circa tien procent van de humane gevallen, wat toch een aanzienlijk aantal slachtoffers vertegenwoordigt. Een grootscheepse en langdurige campagne werd opgezet om runderen te identificeren en verplicht jaarlijks te laten controleren met de zeer betrouwbare tuberculinetest, gebaseerd op een allergische reactie. Tegen vergoeding werden positief bevonden dieren geëlimineerd. Behalve tijdens en kort na WO II namen de percentages positieven gestadig af, zodat bij de Belgische rundveestapel eind jaren zeventig van de vorige eeuw nagenoeg geen TBC meer vastgesteld werd. Sinds 2003 is het land officieel boviene tuberculose-vrij, wat niet belet dat er af toe nog een geval kan voorkomen. Aan het einde van dit artikel wordt kort beschreven hoe de aanpak van rundertuberculose aan de basis lag van de hele latere georganiseerde dierziektebestrijding. Achteraf gezien was het enigszins paradoxaal dat deze ziekte, verantwoordelijk voor slechts een minderheid van de humane infecties, vooral uitgeroeid werd uit vrees voor verspreiding van de ziekte bij mensen.","PeriodicalId":23487,"journal":{"name":"Vlaams Diergeneeskundig Tijdschrift","volume":"5 1","pages":""},"PeriodicalIF":0.2,"publicationDate":"2023-06-27","publicationTypes":"Journal Article","fieldsOfStudy":null,"isOpenAccess":false,"openAccessPdf":"","citationCount":null,"resultStr":null,"platform":"Semanticscholar","paperid":"75217887","PeriodicalName":null,"FirstCategoryId":null,"ListUrlMain":null,"RegionNum":4,"RegionCategory":"农林科学","ArticlePicture":[],"TitleCN":null,"AbstractTextCN":null,"PMCID":"","EPubDate":null,"PubModel":null,"JCR":null,"JCRName":null,"Score":null,"Total":0}
G. Schils, M. Hoogendoorn, L. Stammeleer, S. Daminet
Cushing’s syndrome is a common chronic condition, with daily impact on the owner’s and dog’s life. The owners’ perception and quality of life are essential, as any negative impact could lead to cessation of medical care or decision of euthanasia. The present survey aimed at collecting the perception of Flemish and Dutch owners of dogs affected by Cushing’s syndrome on medical, practical, financial and emotional aspects. In total, the questionnaires of 218 respondents were available for analysis, highlighting owners’ expectations, quality of life, understanding of the disease and encountered difficulties, and identifying weak and strong points regarding ownerveterinary interactions, together with providing several demographic data related to canine Cushing’s syndrome in Flanders and the Netherlands.
{"title":"Cushing’s syndrome in Flanders and the Netherlands: an owner survey","authors":"G. Schils, M. Hoogendoorn, L. Stammeleer, S. Daminet","doi":"10.21825/vdt.86339","DOIUrl":"https://doi.org/10.21825/vdt.86339","url":null,"abstract":"Cushing’s syndrome is a common chronic condition, with daily impact on the owner’s and dog’s life. The owners’ perception and quality of life are essential, as any negative impact could lead to cessation of medical care or decision of euthanasia. The present survey aimed at collecting the perception of Flemish and Dutch owners of dogs affected by Cushing’s syndrome on medical, practical, financial and emotional aspects. In total, the questionnaires of 218 respondents were available for analysis, highlighting owners’ expectations, quality of life, understanding of the disease and encountered difficulties, and identifying weak and strong points regarding ownerveterinary interactions, together with providing several demographic data related to canine Cushing’s syndrome in Flanders and the Netherlands.","PeriodicalId":23487,"journal":{"name":"Vlaams Diergeneeskundig Tijdschrift","volume":"48 1","pages":""},"PeriodicalIF":0.2,"publicationDate":"2023-04-21","publicationTypes":"Journal Article","fieldsOfStudy":null,"isOpenAccess":false,"openAccessPdf":"","citationCount":null,"resultStr":null,"platform":"Semanticscholar","paperid":"73619045","PeriodicalName":null,"FirstCategoryId":null,"ListUrlMain":null,"RegionNum":4,"RegionCategory":"农林科学","ArticlePicture":[],"TitleCN":null,"AbstractTextCN":null,"PMCID":"","EPubDate":null,"PubModel":null,"JCR":null,"JCRName":null,"Score":null,"Total":0}
京公网安备 11010802042870号
京ICP备2023020795号-1
扫码关注我们
求助内容：
应助结果提醒方式：